Het is nog even wennen, een eigen huis. Bovendien was dat uitzicht bij zijn ouders in Sleeuwijk ook behoorlijk anders. Gert-Jan (werkvoorbereider in de weg- en waterbouw) woont ten tijde van de binnenkijker nog maar een aantal weken in zijn splinternieuwe appartement in het Timmerhuis. Niet meer onder de vleugels van zijn ouders, weg uit het kleine dorp in Brabant waar hij jarenlang woonde. “Vooral zelf koken is soms nog een uitdaging, maar ik wordt er steeds beter in.”
Gert-Jans’ uitzicht op de Rotterdamse skyline.
Het was tijd voor het Timmerhuis
Helemaal nieuw is Gert-Jan niet in Rotterdam: hij studeerde er Civiele techniek, maar woonde er nooit op kamers. Inmiddels werkt hij al een aantal jaren in de buurt van Pernis, momenteel aan de verbreding van de A15. “Dat is het stuk weg richting de Maasvlakte.” Zo langzaamaan werd het tijd om het ouderlijk huis te verlaten en toen kwam het Timmerhuis op zijn pad. “Ik zat niet op een schopstoel, maar kwam tijdens een weekend op Texel op de website van het Timmerhuis terecht. Mijn interesse was gewekt.” Wat vonden zijn ouders er eigenlijk van? “Ze vinden het Timmerhuis geweldig en zagen zichzelf hier ook wel zitten.”
Links de hal met toegangsdeuren naar de verschillende appartementen. Rechts uitzicht op een naastgelegen appartement in het Timmerhuis.
Het appartement van eerste keuze
Ook de Markthal had zijn interesse, maar lag iets boven zijn budget. Het Hof aan de Hef (nu nog in aanbouw) lag te ver van het stadscentrum naar zijn zin. Het Timmerhuis moest het worden. “Maandag deed ik de brief op de post, dinsdag al was ik ingeloot.” En wel voor het appartement van zijn eerste keuze, met de ligging op het Zuiden. “Deze kant vond ik het prettigst. Aan de andere kant kijk je altijd bij iemand naar binnen.”
Tijdens de bouw keek hij een aantal keren binnen in zijn appartement in wording. “Mijn ouders hebben een nieuwbouwhuis en hadden me gewaarschuwd, dus ik schrok niet van de donkere ruimte. Inmiddels zijn de muren strakgestuct en met de lichtgrijze gietvloer oogt het huis bijna klinisch. “Ik koos voor een lichte vloer omdat de keuken ook al donker is. Je ziet er wel alles op, dus ik stofzuig regelmatig.”
Mijn ouders adviseerden over de inrichting
De salontafel kocht hij bij HAY Rotterdam, in de plint van het Timmerhuis.
Ik had nog helemaal niets, maar gelukkig wel tijd om alles te verzamelen
Omdat hij na de koop nog bijna een jaar moest wachten tot de oplevering, kon Gert-Jan goed nadenken over de aankleding van zijn eerste eigen huis. “Dat kwam goed uit, want ik had nog niets.” Rood en blauw werden de hoofdkleuren. Zijn ouders, broer en zus dachten mee over zijn aankopen. ‘Voor de keuken koos ik extra kastruimte’, zegt Gert-Jan. “Anders benut je de hoogte van het huis niet.”
Strak en functioneel, dat moest het zijn. Zeker geen prullaria. “Al wil ik nog wel een schilderij aan de muur, of een leuk kastje in de zithoek.”
Een beetje buiten
Hoewel het uitzicht anders doet vermoeden, heeft Gert-Jan geen eigen buitenruimte. “Ik kijk uit op het dak van de gemeentelijke kantoren, ’s avonds zie ik ze vanaf mijn bank soms nog zitten.” Hij verwacht niet dat hij een balkon zal missen. ‘Als ik deze ramen openschuif zit ik min of meer buiten’, verklaart hij. “Bovendien sta ik zo op de Meent.”
Het wordt hier al snel 23 graden zonder verwarming
Hij koos bewust voor de ligging op het Zuiden: wie licht wil, kan het krijgen. Elke zonnestraal valt binnen en is vaak zelfs verblindend. “Als de zon schijnt wordt het hier al snel 23 graden, zonder dat de verwarming aanstaat.” Gelukkig beschikken alle appartementen naast vloerverwarming, ook over vloerkoeling. Dat kan hij aankomende zomer vast goed gebruiken. De zonwering die hij aanschafte is in ieder geval geen overbodige luxe. “Kijk, ik kan ‘m met een app op mijn telefoon bedienen!”
Links zonlicht en -wering in de slaapkamer. Rechts de badkamer. “In de badkamer zaten eigenlijk witte tegels, zelf koos ik voor donkergrijs.”
Prijzige parkeerplaats
Gert-Jan is werkzaam in Pernis en komt nog regelmatig bij zijn ouders in Sleeuwijk. “Het is niet naast de deur, maar ik rij er zo heen.” Waar laat hij zijn auto als hij thuis is? “Helaas krijg ik geen vergunning omdat het Timmerhuis zelf parkeergelegenheid biedt. Maar ja, daar betaal je 75.000,- voor dus daar heb ik niet voor gekozen.” Zijn auto parkeert hij nu gratis, op het Noordereiland. “Met mijn vouwfiets rij ik vervolgens hierheen.” Met de hoop alsnog een parkeervergunning te krijgen, of in elk geval een toelichting op de regelgeving, tekende hij bezwaar aan. “De gemeente is eigenaar van de parkeergarage van het Timmerhuis én verantwoordelijk voor het vergunningenbeleid. Ze hebben dus twee petten op.”
De centrale hal in het Timmerhuis met uitzicht op de ingang aan het Rodezand.
Kinderziektes bij nieuwbouw
Op het parkeerprobleem na heeft hij niets te klagen. “Ik heb mazzel, sommige bewoners hebben al lekkages gehad. Dat heb je bij nieuwbouw, de kinderziektes moeten er nog uit.” Als secretaris van de Zuidkant houdt Gert-Jan de inbox in de gaten. “We regelen acute dagelijkse problemen. Bij lekkage bijvoorbeeld nemen we contact op met Heijmans. Zij zorgen ook de eerste jaren nog voor het onderhoud.”
Eerst wennen, dan verkennen
Met de bewoners luidden ze het nieuwe jaar in bij Thoms, het restaurant en ‘underground bar’ in de plint van het Timmerhuis. Verder had Gert-Jan nog geen tijd om zijn nieuwe hometown écht te verkennen. “Ik woon hier nu een paar weken en ben net een beetje gewend.” Zijn ouderlijk huis mist hij nog niet, hij slaapt er bovendien nog elk weekend. “Mijn zus woont in Leiden, mijn broer in Ridderkerk en mijn ouders zie ik nog regelmatig. In Sleeuwijk blijven was nooit een optie, alle jongeren trekken er weg.” Zijn hechte familieband is de basis, zijn stadsappartement een verrijking. ‘Het wordt wel erg makkelijk om hier beneden in de stad een drankje te gaan doen’, mompelt Gert-Jan. Alsof hij het zelf nog niet helemaal gelooft.